TENTOONSTELLING Tinca Veerman-Pekelharing
zaterdag 28 september 2024 t/m zondag 27 oktober 2024
SEA - SONIC
Nomadische locatie: Bibliotheek Burgh-Haamstede, Bibliotheek Bruinisse
Van 28 september tot en met 27 oktober presenteert kunstenaar Tinca Veerman-Pekelharing het werk SEA – SONIC in De Bewaerschole, Burgh-Haamstede. Voor deze presentatie maakte zij drie levensgrote collage-schilderijen, die in de historische ruimte van de Bewaerschole komen te hangen. Voor het maken van dit werk heeft Tinca voor twee maanden haar studio verplaatst naar een schuur in Ellemeet op Schouwen-Duiveland. Tweemaal per dag liep zij naar de kust. Al wandelend vroeg zij zich af wat de betekenis is van het woord grens in context met nomadisch leven. Wat is een grens eigenlijk?
Het werk voor deze expositie heeft zij gemaakt voor het programma ‘Nomadisch leven, zwerven in tijden van overbevolking’. Tinca is de laatste exposant van dit jaar die dit thema onder de loep neemt. In de Bewaerschole zullen drie grote werken worden gepresenteerd met aan beide zijden een voorstelling. Een oneindig landschappelijke vertelling aan de ene kant, aan de andere kant een gesloten vorm, vol drippings en plaksels op een egaal gekleurde ondergrond. Door de windverplaatsing in de ruimte komen de werken in beweging. Langzaam vermengen twee zijden zich tot een nieuwe voorstelling en bekijk je een veranderend verhaal.
In de zijruimte is de video SEA – SONIC te zien. SEA – SONIC is een registratie van beelden die zichtbaar worden op de grens tussen land en zee. In gelaagde en vloeiende bewegingen komen wieren, kwallen en ogenschijnlijke stromingen voorbij. Samen met Manon Engels en Franti Marešová dook Tinca de studio in om de grillige bewegingen van dit zeeleven te verbinden met klanken van ruis en melodie.
Bekijk hier de preview van de video SEA - SONIC
De bibliotheken van Bruinisse en Burg-Haamstede zijn de nomadische locatie waar klein werk te zien is. Tijdens haar verblijf maakte zij iedere dag tekeningen na aanleiding van wat zij op haar wandelingen tegenkwam.
SEA - SONIC
Het werk SEA – SONIC van Tinca Veerman-Pekelharing is een reflectie op de vraag wat betekenen grenzen in onze samenleving en hoe gaan we hier mee om. In deze context is de vraag naar een moreel verantwoord concept van een grens bijzonder relevant.
Grenzen worden vaak gezien als zowel fysieke als symbolische afbakeningen die door mensen zijn ingesteld om orde te scheppen, controle te behouden, en territoriale of sociale ruimte te definiëren. De natuur stelt ons ook grenzen, zoals bergen, rivieren, of de kustlijn, die onze beweging beperken of ons dwingen om alternatieve routes te zoeken. Deze natuurlijke grenzen hebben een onmiskenbare aanwezigheid en functie, terwijl door mensen gecreëerde grenzen vaak fluïde, veranderlijk en betwistbaar zijn.
Het werk van Tinca, met de focus op de "immer bewegende grens van zee en land", suggereert dat grenzen niet statisch zijn maar dynamisch en voortdurend in beweging. Dit idee kan een moreel verantwoorde manier van denken over grenzen bevragen, waarbij grenzen niet als harde, onoverkomelijke barrières worden gezien, maar als flexibele, organische lijnen die ruimte bieden voor interactie, verandering en groei.
Een moreel verantwoord concept van een grens zou er een kunnen zijn die rekening houdt met deze dynamiek en met de menselijke neiging om grenzen te verkennen, te verleggen, of zelfs te doorbreken. Het zou een concept zijn dat niet alleen beperkingen oplegt, maar ook mogelijkheden schept voor verbinding en uitwisseling, waarbij grenzen eerder dienen als ontmoetingsplaatsen dan als scheidingslijnen.
In lijn met Tinca’s werk kan een dergelijke grens ook een moment van reflectie en bezinning bieden—een natuurlijke halte waar men even stil kan staan om de wereld, zichzelf en de ander te overwegen voordat je verder gaat. Deze benadering erkent dat grenzen noodzakelijk zijn, maar dat hun betekenis en functie voortdurend bevraagd en herzien moeten worden in het licht van veranderende omstandigheden en nieuwe inzichten.
Tinca Veerman-Pekelharing observeert en bevraagt situaties en verwerkt deze op intuïtieve wijze waarbij gevoel en emotie de basis van vertrek zijn. Haar werk is het voelen concretiseren tot een multi-interpretabel werk. Haar werk is een voortdurende dialoog tussen waarneming en emotie. En een uitnodiging te zijn voor de toeschouwer om zich onder te dompelen in een wereld waarin betekenis niet vaststaat, maar voortdurend verschuift en evolueert.
Zij werkt met verschillende media, waaronder collages (van klein en delicaat tot groot en gelaagd), video’s en sculpturale werken uit stoffen. Haar veelzijdigheid in het gebruik van materialen en technieken stelt haar in staat om de complexiteit en gelaagdheid van de wereld tot uitdrukking te brengen, terwijl ze tegelijkertijd de kijker uitnodigt om mee te gaan op een reis van ontdekking en interpretatie.
notities
Dinsdag 14 mei
Wat is een grens, wie bepaalt die? Een abstract gegeven om je terrein af te bakenen. Een door mensen niet werkzame verzonnen formule. Men wil een grens over, grenzen oprekken of negeren. De natuur legt grenzen op waar een rivier of berg je route doet veranderen. Een halte waar je tot stilstand kan komen. Mensen gaan daar niet mee akkoord.
Donderdag 16 mei
Bij grenzen treden regels in werking. Daar waar de kust door zandhonger is weggeslagen, staat het water al snel tot aan mijn middel. Een natuurlijke grens die ik maar beter kan respecteren. Om mij heen krioelen wieren en ik zie kleine visjes in groepjes al links en rechts flitsend wegzwemmen. Terwijl de zee aan mij trekt, waad ik terug naar de vloedlijn.
Zondag 20 mei
Een meeuw zweeft boven de rustige golfslag van de branding. Plots duikt ze omlaag, plonst in het water en komt omhoog met een spartelende krab in zijn bek. De krab spartelt zich los en valt weer terug in zee. De meeuw stort zich naar beneden, vist hem op en vliegt ermee naar het strand. Daar laat ze de prooi van grote hoogte op het strand vallen. De meeuw landt gracieus ernaast. De krab probeert te ontsnappen maar de meeuw stoot de puntige snavel als een dolk in op het pantser, net zolang tot het gebroken is. Dan begint ze aan de maaltijd.
Dinsdag 28 mei 7.00
Vroeg op pad gegaan. De wind lijkt matig maar als ik het duin oploop, is het een stevige bries. Bij de vloedlijn krioelen weer allerlei wieren en slabladeren. Ontelbare dode kwalletjes cirkelen in het schuim terwijl ik langzaam de grens tussen land en zee passeer. Voordat de golf zich terugtrekt in zee is er een moment van stilte. Een wier beweegt gracieus in vrijheid, dansend in het zeeledige. Alles wat beweegt is sensationeel. Ik vraag mij af: waar ligt nu de werkelijke grens tussen land en zee.
Donderdag 12 juni 6.30
Het is een saaie weg van het dorp tot aan de kustlijn. Toch is iedere dag anders. Het lange pad naar het duin is in heiige mist gehuld maar die zal straks snel wegtrekken. De zee is kalm. De prachtige zeesla ligt platgeslagen en levenloos op het strand. Zo anders als wanneer het in de golven danst, in vrijheid. Een wier zwevend in een oneindig zoutwater universum. Hier bepalen de stromingen waarheen je wordt gevoerd of naar peilloze dieptes wordt getrokken.
zondag 15 juni 7.00
Het was stil op het strand. Het miezerde dus weinig wandelaars te zien. Moeilijk om met mini druppels op mijn lens nieuwe foto’s en filmpjes te maken. Alles opgeslagen in mijn herinnering. Nu nog de sensatie van de bruine slijmalg die net de kust op klotste, hier in het atelier laten stromen op mijn patroonpapier.
Maandag 16 juni
Het zeewater wordt door het getij het land opgestuwd, laat waterplanten en wieren achter. Dode krabbetjes die half aangevreten zijn door hun jagers. De zeemeeuwen zweven voortdurend boven de vloedlijn op zoek naar potentiële slachtoffers voor hun vraatzucht.
Woensdag 18 juni
Wat is mijn fysieke of mentale grens? De stroming van de zee is sterk en het golvende water onverbiddelijk. Ik lijk geen keuze te hebben om te beslissen waar ik wil verblijven. Het land is mijn habitat, de zee neemt mij mee en kan mij laten verdwijnen.
Woensdag 19 juni
Het weer is heftig en ruw. Heb toch mijn dagelijkse wandeling gemaakt. Ik ben via het strand naar de Brouwersdam gelopen. Op de dam is een geasfalteerd gedeelte met een frietkot. Daar ben ik op de dam gaan zitten. De zee klotst over de zwarte geteerde basaltblokken, begroeid met prachtige tinten groen en rood. Het is glibberig als ik tussen de kleuren loop. In de verte zie ik dat er wind en regen in de wolken zit. De stoeltjes bij het frietkot beginnen te schuiven. Een stoel wordt plots meegenomen door de wind en vliegt het plein over, over de weg, over de tweede geasfalteerde dijk en is uit het oog verdwenen. De vrouw van het kot raakt in paniek. Ik ren naar haar toe en samen zetten we de stoelen binnen.
Maandag 24 juni
Eindelijk zon na vier dagen regen. Grijsblauwe luchten met streperige witte slierten. Veel onheilspellende donkere en gekartelde wolken. Ik realiseer mij hoe moeilijk het is om het karakter van een wolk te omschrijven en probeer er vormen in te zien. In de jaren zeventig deed ik hetzelfde als ik op het gestreken zeil lag op het voordek van onze zeilboot. Vandaag lig ik in een duin en zie een hele parade voorbijkomen in de lucht.
Dinsdag 25 juni
Op het strand een leeg omhulsel van een haaieneitje gevonden. Een klein koffertje dat op de bodem van de zee heeft gelegen of ergens aan een wier heeft gehangen. De inhoud is nu uitgegroeid tot een minihaaitje. Zwemmend in de onderwaterwereld of onderdeel van een maaltijd geworden. Ik vul het transparante eikapsel met zand. Als een zandloper loopt het leeg. Keer op keer vul ik het opnieuw en laat de tijd eruit lopen. Hoe fragiel het ook is, het staat als een huis van een koffer.
Woensdag 26 juni
Op het strand ligt een Jan-van-gent. Uit de lucht gevallen. Oververmoeid? Dan moet hij lang hebben gevlogen. Zijn gouden kop met de zwarte lijnen en lichtblauwe snavel zijn wonderschoon. Ergens is hij een grens overgegaan.